Ga naar artikel navigatie Ga naar inhoud

Impact van COVID-19 op onze financiën

De koepels van ziekenhuizen, umc’s en zorgverzekeraars hebben net als in 2020 samen afspraken gemaakt om ziekenhuizen en umc’s die zorg leveren aan COVID-19-patiënten al in een vroeg stadium zekerheid te bieden over de dekking van de COVID-19-kosten en de gederfde inkomsten. Dit betrof een kader in de Medisch-specialistische zorg (MSZ) 2021 voor zorgcontractering en een financieel vangnet. Daarnaast was vanaf 25 november 2021 wederom fase 2d uit het ‘Opschalingsplan COVID-19’ van kracht. Deze fase stelt een aantal eisen aan ziekenhuizen en umc’s over bijvoorbeeld afschaling van zorg en spreiding van patiënten. Fase 2d stelt dat gedurende deze fase zorgverzekeraars waar nodig afspraken maken om eventuele financiële consequenties op te vangen. Er mogen geen financiële belemmeringen zijn om de totstandkoming en uitvoering van afspraken die in Regionaal Overleg Acute Zorgketen (ROAZ)-verband worden gemaakt te bewerkstelligen. De MSZ-regeling 2021 bevat bovendien net als in 2020 een hardheidsclausule. Deze hardheidsclausule geeft de garantie dat ziekenhuizen door de COVID-19-impact geen negatief resultaat voor 2021 realiseren. Voor de inkomsten die niet door de zorgverzekeraars gedekt worden heeft de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) toegezegd zich in te spannen om ook in 2021 te voorkomen dat ziekenhuizen in de rode cijfers belanden. Het ministerie van VWS draagt daarnaast met een beschikbaarheidsbijdrage bij aan de dekking van meerkosten voor IC-bedden voor 2021 en 2022. Hierdoor zijn onzekerheden door COVID-19 in de afwikkeling van de (schadelast)jaren 2020 en 2021 beperkt.

Door de grote druk op onze medewerkers en organisatie hebben we keuzes moeten maken en prioriteiten moeten stellen ten aanzien van onze programma’s/projecten

Het is goed om te zien hoe alle stakeholders, zoals zorginstellingen, zorgverzekeraars, de veiligheidsregio en het ministerie van VWS, in de afgelopen twee jaar op basis van vertrouwen hard hebben gewerkt en snel hebben geacteerd om de uiteenlopende financiële COVID-19-risico’s voor zorg, onderwijs en onderzoek te mitigeren. Hierdoor hebben wij bij het opstellen van de jaarrekening over 2021 wel te maken gehad met stapelende regelingen uit 2020 en 2021 en met onzekerheden over de nadere uitwerking van de regelingen en de inzet en verantwoording van ontvangen middelen. Bij het opstellen van de jaarrekening hebben wij rekening gehouden met deze onzekerheden.

Naast onze kerntaken zorg, onderzoek en onderwijs zijn eveneens onze onderliggende bedrijfsvoering en (strategische) programma’s/projecten geraakt door COVID-19. Door de grote druk op onze medewerkers en organisatie hebben we keuzes moeten maken en prioriteiten moeten stellen ten aanzien van onze programma’s/projecten. Sommige programma’s/projecten hebben alsnog geheel of gedeeltelijk doorgang kunnen vinden in 2021, andere programma’s/projecten hebben we moeten uitstellen. Dit betreft met name projecten gerelateerd aan de uitvoering van ons Strategische Huisvestingsplan (SOH) en projecten betreffende onze strategie Connecting Worlds. Kosten die hiermee gepaard zouden gaan hebben we daarom niet in 2021 gemaakt. Deze hebben we doorgeschoven naar toekomstige jaren.